Beunhaas met schouderklachten

Door: Jaap Adamse van Meneer Regezma BV.

Beunhaas met schouderklachten

Richard is 32 jaar en werkt al weer zes jaar als automonteur voor garagebedrijf Landgraaf. Hij zit al vier maanden thuis vanwege schouderklachten. Volgens Richard heeft hij een “frozen shoulder”.
Uit betrouwbare bronnen heeft zijn baas Menno Landgraaf gehoord dat Richard nog wel actief is als beunhaas. Hij voert in zijn eigen garage bijna dagelijks reparaties uit voor zijn eigen “klanten”. Deze beschuldiging is hem via de arbo-dienst voorgelegd, maar Richard ontkent het keihard. Menno en Richard hebben nu flinke ruzie en praten niet meer met elkaar.

Hoe is het zo gekomen?

Het was bekend dat Richard er in de avonduren en weekenden een levendige handel op nahield in zijn eigen garagebox.
Hij liep ook al langer met een pijnlijke schouder rond, maar hij bleef doorwerken en daarom is er weinig aandacht aan geschonken. Tot op het moment dat Richard zich ziekmeldde. Naar eigen zeggen kon hij geen kopje koffie meer optillen. Na een week heeft zijn baas Menno telefonisch contact opgenomen en toen gaf Richard aan dat de week rust niets had opgeleverd. Er is toen een afspraak gemaakt met de bedrijfsarts. De arts constateerde inderdaad een pijnlijke en overbelaste schouder. Hij adviseerde Richard om volledige rust te nemen en zich te laten behandelen door een fysiotherapeut. Drie weken later werd Richard weer opgeroepen door de bedrijfsarts. In de tussentijd had Menno de casemanager van de arbodienst gebeld om melding te maken van beunhaas-werkzaamheden. Dit is gerapporteerd aan de bedrijfsarts. Toen de bedrijfsarts Richard hiermee confronteerde, werd hij kwaad en gaf aan dat hij vals beschuldigd werd. Hij sleutelde alleen aan zijn eigen auto, met één arm en puur uit verveling. Menno moest maar met bewijzen komen. Het welles-nietesspel is zo weken doorgegaan en de verstandhouding tussen Richard en Menno werd alleen maar slechter. Na lang aandringen van de bedrijfsarts, is Richard wel begonnen met fysiotherapie. Het lijkt er op dat de schouderklachten iets afnemen. Hij is in staat om op therapeutische basis wat lichte werkzaamheden te verrichten. Vanwege de ruzie voelen zowel Richard als Menno daar niets meer voor. Richard heeft ook weinig krediet meer bij zijn collega’s. Er is een vervelende patstelling ontstaan.
Ondertussen zit Richard nog steeds thuis, moet Menno het loon aan Richard doorbetalen en lopen de arbo-kosten op.
Het einde van deze kwestie is nog niet in zicht …………

Hoe had het ook gekund?

Direct na de ziekmelding krijgt Richard een formulier thuisgestuurd waarop hij o.a. moet invullen wat de klachten zijn en wat hij er aan gaat doen. Er wordt tevens gevraagd wat hij nog wel kan. Dit is een standaardprocedure binnen het bedrijf. Op basis van deze Eigen Verklaring heeft er na een week een gesprek plaatsgevonden met Menno. Daarbij zijn de beunhaas-werkzaamheden ook ter sprake gekomen. Er is afgesproken dat Richard zowel op het werk als thuis rust neemt en op korte termijn een afspraak maakt met de huisarts. Zoals afgesproken, laat Richard drie dagen later aan Menno telefonisch weten dat de huisarts heeft gezegd dat er geen sprake is van een frozen shoulder maar dat hij wel rust en fysiotherapie nodig heeft. Een week later hebben Richard en Menno weer een nieuwe afspraak. De schouderklachten zijn niet afgenomen, maar het bleek dat Richard nog geen afspraak had gemaakt met een fysiotherapeut. Menno heeft er op aangedrongen dat dit binnen een week opgestart moet worden. Ze hebben ook besproken welke werkzaamheden Richard nog wel kan verrichten binnen het bedrijf. Daarbij wordt gedacht aan lichte werkzaamheden in het magazijn, receptie of verkoopafdeling. Menno legt alles vast in een gespreksverslag.
Na vijf weken zijn de pijnklachten nog niet afgenomen. Menno spreekt vervolgens met Richard af dat hij wordt opgeroepen door de bedrijfsarts voor het opstellen van een probleemanalyse (in het kader van Wet Verbetering Poortwachter).
Samen met Richard maakt Menno alvast een plan waarin staat beschreven op welke wijze hij vervangende werkzaamheden kan verrichten. Dit zgn. re-integratieplan wordt ook voorgelegd aan de bedrijfsarts.

De bedrijfsarts kan zich helemaal vinden in de diagnose, aanpak en afspraken.
Zeven weken na de eerst ziektemelding verricht Richard drie dagdelen in de week weer lichte werkzaamheden. Menno heeft tevens aangeboden dat Richard voor zijn beunhaas-werkzaamheden tijdelijk gebruik mag maken van de voorzieningen in de werkplaats. Richard stelt dit gebaar zeer op prijs, maar geeft aan er geen gebruik van te maken.
Hij wil eerst rustig aan doen zodat zijn schouder volledig geneest. Na drie maanden is Richard weer volledig aan het werk. Hij volgt op kosten van Menno een preventie-training bij een schouderspecialist om herhaling te voorkomen.

Volg het voorbeeld van Menno en raadpleeg gratis de Helpdesk voor Noordelijke Ondernemers.
www.MeneerRegezma.nl